Advies nav rapport Rekenkamer armoedebeleid Leeuwarden 2024

Aan het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leeuwarden

Betreft : Armoedebeleid in de gemeente Leeuwarden (rapport Rekenkamer)

Datum : 31 augustus 2024

Geacht College,
geachte leden van de gemeenteraad,

In mei 2024 werd het rapport ‘Armoedebeleid in de gemeente Leeuwarden’ opgeleverd door de Rekenkamer Leeuwarden. Het College heeft hierop bestuurlijk gereageerd op 11 juni 2024. Wij betreuren het dat het College er niet voor heeft gekozen de Adviesraad te consulteren en de gelegenheid te geven hierop mee te lezen dan wel te adviseren. Desondanks brengen wij alsnog graag een ongevraagd advies uit inzake het rapport. Dit ongevraagd advies betreft enerzijds een aantal procesmatige zaken (punt 1) en anderzijds de inhoudelijke aanbevelingen die de Rekenkamer geeft in haar rapport (punt 2).

Wij zijn blij met het uitvoerige rapport dat de Rekenkamer Leeuwarden heeft opgesteld en zien dat er positieve ontwikkelingen zijn op het gebied van armoedebeleid. Ook zien wij dat er op een aantal zaken zeker nog verbeteringen mogelijk zijn, wat u zelf in uw bestuurlijke reactie eveneens bevestigt. Een aantal van de zaken die ons hierin opvielen, worden hieronder beschreven.

Punt 1. Procesmatige zaken.

  • –  Inzake de doeltreffende sturing + monitoring en verantwoording die zowel in hetrapport als uw reactie daarop wordt genoemd adviseren wij u naast het opstellen en uitvoeren van een actieplan hier ook concreet te maken of doelen zijn behaald en te verklaren waarom doelen niet zijn behaald. Daarnaast adviseren wij te concretiseren waar welke verantwoordelijkheid is of wordt belegd, zodat voortgang goed te volgen en meten is.
  • –  Ten aanzien van het vergelijk van de gemeente Leeuwarden met andere gemeenten geeft u aan dat de gekozen gemeenten zich moeilijk laten vergelijken met de gemeente Leeuwarden. Wij vragen u – naast uw antwoord gericht op de inrichting van het proces – inhoudelijk te kijken of en hoe de gemeente Leeuwarden mogelijkerwijs kan leren van de gekozen gemeenten en/of van gemeenten die zich wel goed met de gemeente Leeuwarden laten vergelijken. Als voorbeeld noemen wij de wijze waarop in leeuwarden met het verlenen van bijzondere bijstand wordt omgegaan
  • –  Ten aanzien van het belevingsonderzoek onder dertig mensen is uitgevoerd vragen wij u – naast uw antwoord gericht op het proces en de weging van de resultaten – ook inhoudelijk te kijken of en hoe de gemeente Leeuwarden mogelijkerwijs kan leren van dit onderzoek
  • –  Wij missen in uw reactie een aantal zaken, onder andere:

o Wat vindt u van het ontbreken van aanvullende regelingen?
o Wat vindt u van een lichtere variant van de AV Frieso?
o Wat vindt u van het al dan niet betalen van het eigen risico van burgers die onder minimaregelingen vallen?
o Wat vindt u van de huidige ondersteuning bij het aanvragen van een participatiepremie?

  • –  In het rapport ontbreekt een aantal aspecten, waaronder de al dan niet succesvolle uitstroom uit de bijstand, de WMO, de pilot Schuldenvrij Leeuwarden en de (jeugd)zorg. Wordt hieraan in de actieplannen aandacht besteed?
  • –  In het rapport zien wij de concrete impact op de inwoner onvoldoende terug. Wat heeft de hypothetische alleenstaande moeder in de bijstand met drie kleine kinderen hier nu concreet aan?

Punt 2. Aanbevelingen

  • –  Aanbeveling 1: reeds beschreven onder punt 1
  • –  Aanbeveling 2: wij adviseren u om de inwoners die reeds bekend zijn bij degemeente in een of meerdere regelingen jaarlijks automatisch de van toepassing zijnde regelingen toe te kennen. We vragen u hierin een meer proactieve houding te nemen. Zorg er daarnaast voor dat de inwoners die (nog) niet bekend zijn bij de gemeente en mogelijk wel recht hebben op een voorziening de weg weten te vinden naar de gemeente. Hiervoor kunt u samenwerken met de SVB, de belastingdienst en het UWV. Wij weten dat veel inwoners met een uitkering van de SVB en/of het UWV nagenoeg hetzelfde inkomen hebben als iemand met een bijstandsuitkering. Werk samen, zet gegevensuitwisseling in om inwoners beter (proactief) te helpen om (beter) rond te komen.
  • –  Aanbeveling 3: U schrijft in uw reactie dat binnen de keten de grote organisaties de samenwerking als positief ervaren. Daarentegen zijn buurtservicepunten en Humanitas niet tevreden over de ondersteuning door de gemeente Wat is het beeld van de inwoner? Hoe vertaalt dit zich concreet naar de inwoner? Tevens schrijft u dat het onduidelijk is hoe de armoedeproblematiek in gezamenlijkheid wordt aangepakt sinds het wegvallen van de Moedige Dialoog. Wij zouden graag zien dat hiervoor ook concrete doelstellingen en monitoring worden opzet. Geef in de verkenning ook een rol aan de inwoner als het gaat om ketensamenwerking.
  • –  Aanbeveling 4: Ten aanzien van het inzetten van ervaringsdeskundigen adviseren wij ook hier concreet/concreter over te rapporteren en inzet van ervaringsdeskundigen waar mogelijk te stimuleren.
  • –  Aanbeveling 5: Sluit aan bij de zaken genoemd onder punt 1.
  • –  Aanbeveling 6: Graag worden wij in de gelegenheid gesteld te adviseren bij deverdere uitwerking van de conceptplannen. Wij kijken uit naar uw reactie op dit advies.Met vriendelijke groet,
    namens de Adviesraad Sociaal Domein Leeuwarden,

    R. de Boer, voorzitter

page2image5293152